Het is niet altijd even makkelijk om een keuze te maken. Zeker als het gaat om decoupeerzaagjes. Niet elk materiaal wat je wil zagen heeft dezelfde eigenschappen. Ditzelfde geldt voor zaagjes. Zo is het ene zaagje sneller dan de ander, maar met een snel zaagje lever je al snel in op kwaliteit. lastig! Tijd om het één en ander over de eigenschappen van een decoupeerzaagje te vertellen. We kunnen om het verhaal kort te houden drie kenmerken van een decoupeerzaagje onderscheiden.
Stand van tanden
De tanden van een decoupeerzaagblad kunnen in drie richtingen staan. Je hebt de positieve, neutrale en negatieve tandstand. De positieve tandstand is wanneer de zaagtanden naar boven gericht zijn. Dit is de meest voorkomende tandstand. Nu zal je vast wel weten dat de negatieve tandstand betekent dat de tanden naar beneden staan. Handig om de splinters aan de niet zichtzijde te zien van de plank. Tip! Zet extra veel druk anders kan het voorkomen dat bij één keer happen de decoupeerzaag omhoog wordt geduwd. De neutrale tand komt bijna niet voor, maar dit betekent dat de tanden naar voren staan en dus niet naar boven of beneden wijzen.
Tandafstand
Een tweede is de tandafstand wat vooral de kwaliteit van de zaaglijn bepaalt. Zo zaagt een decoupeerzaagje met een korte tandafstand veel netter. Het nadeel is dat het zagen dan ook een stuk minder snel gaat. Het is een keuze die je zelf zult moeten maken. Een handige vuistregel is dat er altijd 3 zaagtanden tegelijk in het hout moeten zitten. Dus een zaagje gebruiken met een grote ruimte tussen de tanden is geen goed idee voor dunne planken.
zaagbreedte
Er zit ook nog een verschil in de zaagbreedte het ene zaagje kan dunner zijn dan de ander. Een langwerpig zaagje van DeWalt bijvoorbeeld is ideaal voor het zagen van rechte lijnen. Wil je liever veel bochten zagen? Dan is een heel dun zaagje ideaal. Weet wel dat een dun zaagje een korte tandafstand heeft en dus alleen geschikt is voor dun materiaal.